donderdag 7 mei 2009

Ik geniet er nog steeds van

In de jaren zeventig, tachtig en negentig was ik soms te vinden langs het spoor te Heiloo, om preciezer te zijn in het Heilooër Bos. Ik wou er voor de trein springen, wat ik, zoals u wel gemerkt hebt, niet gedaan heb.
Ik ben nooit zeer spraakzaam geweest, hoewel ik wel veel in mezelf praatte. Ik stapte dan op mijn fiets om naar het Heilooër Bos te rijden, en zei dan in mezelf: ‘Wij moeten het baanvak Alkmaar-Castricum weer eens gaan inspecteren!’ En daar glimlachte ik bij.
Nog steeds moet ik mijn lachen inhouden als iemand in een zin het woord ‘baanvak’ gebruikt. Zelfmoordhumor.
Misschien komt het door die humor dat ik niet voor de trein gesprongen ben, maar steeds kalm weer terugreed naar huis. ‘Het baanvak Alkmaar-Castricum is in orde bevonden,’ zei ik dan in mezelf.

6 opmerkingen:

  1. Ben, waarom eigenlijk het Heilooër Bos, behalve dat je daar destijds waarschijnlijk in de buurt woonde? Was het omdat je je daar minder bespied waande, wilde je liever met de kalme natuur om je heen je voor de voortdenderende trein gooien of leende het stuk spoor daar zich simpelweg goed voor een dergelijke daad? Ik opper natuurlijk maar wat, maar ik vroeg het me wel af.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dag Paddy,
    Ik woonde daar in de buurt, ja, een kilometer of vier van de plek. Het was deels omdat ik me inderdaad daar niet bespied waande, en deels om de natuur daar. Ook was het een geweldig stuk baanvak. Je kon er zo oplopen.
    Ik kwam te weten van die plekjes in het Heilooër Bos van een mededepressieveling, die (anders dan ik) behandeld werd in de Sint Willibrordus Stichting. ‘Er wordt hier af en toe de poort opengezet,’ zei hij me, ‘dan kunnen ze gaan.’
    Zelf leeft hij inmiddels ook niet meer.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Wat ik mij altijd afvraag, bij mensen die voor de trein springen: denken die wel eens aan de machinist in kwestie die hen dood zou rijden? Het is wellicht een wat impertinente vraag, maar aangezien u de enige treinspringsurvivor bent die ik ken en aangezien u dit loodzware onderwerp ook nog eens op luchtige wijze durft aan te snijden, lijkt u mij de geschikte persoon dit eens te vragen.

    Dus, daar gaan we dan: als je van plan bent voor een trein te springen, denk je dan aan de machinist en dat ie er waarschijnlijk niet op zit te wachten jou dood te rijden? En zo ja, als je daar dus aan denkt, denk je dan bij jezelf: misschien moet ik een andere manier vinden om mezelf van kant te maken, een manier die wat minder troep geeft?

    Nu kan ik me ook weer goed voorstellen dat het moeilijk is om aan de juiste middelen te komen. En in bad gaan zitten om polsen door te snijden is weer geen pretje als je niet tegen bloed kan, bijvoorbeeld. Met je kop naar beneden van een schuurtje springen kan er weer voor zorgen dat je als kasplantje aan de beademingsapparatuur eindigt.

    Nee, nu ik het er zo over heb, zo makkelijk is het niet om er een einde aan te maken.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dag Max,
    Ik heb daar toen niet aan gedacht, nee. Maar er is een veel betere en veel zekerder methode om er uit te stappen.
    Je moet gewoon (bijvoorbeeld in de nog koude februarimaand) de zee in lopen en daar gaan staan. Na een kwartiertje ben je te onderkoeld om nog gered te kunnen worden, zeker als je hartsituatie is zoals de mijne.
    Dat soort dingen kun je het beste ’s nachts doen, dan ziet niemand je. Dat wil zeggen, doe het maar niet, Max. Loop niet de zee in.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Ik zal de zee niet inlopen Ben. Hooguit om eens wat te gaan zwemmen.

    Overigens, Ben, wist je dat, als je bij Panzerfaust een link achterlaat, dat je dan je eigen website altijd verkeerd spelt. Je vergeet steevast de punt tussen bentwijfelt en blogspot te zetten. Als je dan op je linkje drukt, kom je niet waar je wezen moet. En dat is zonde, Ben, dat is doodzonde.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Dag Max,
    Bedankt dat je dat zei. Ik heb inmiddels maar een reactie op Panzerfaust gezet met de goede link.

    BeantwoordenVerwijderen