dinsdag 28 april 2009

Je moet een beetje indruk maken natuurlijk

Gisteravond sprak ik met een goede vriend over het lezen van boeken. Boeken, wat waren dat ook alweer? Boeken zijn soms wel 500 tweezijdig bedrukte pagina’s, niet kleiner dan A5 en niet groter dan A4. Die pagina’s (vellen van papier) horen bij elkaar. Er zit een kaft omheen.
Ik zei die goede vriend dat ik nu eens The honey ant van Duncan Kyle ging lezen. Duncan Kyle leefde van 1930-2001 en schreef ongeveer zoals Alistair MacLean of Desmond Bagley. Hij schreef dus allesbehalve mooi. Waarom die troep dan toch lezen, zult u zich afvragen. Dat vroeg mijn vriend mij ook.
Ik zei gisteravond: ik heb de hele wereldliteratuur al gelezen, joh, en je kunt nu eenmaal niet je hele leven Nabokov, Shakespeare, Perec, Toergenjev, Elsschot en Karel van het Reve blijven herlezen. De hele wereldliteratuur, zei hij met verkrampte mond.
Jawel, zei ik, tenminste de delen van de wereldliteratuur die mij aanstaan. Ik heb wel de avonturen van soldaat Tsjonkin gelezen, maar niet die van soldaat Schwejk. Dickens of Balzac of Dostojevsky heb ik bijvoorbeeld niet gelezen, maar ik heb bijvoorbeeld wel de meeste boeken van Trollope en dat boek over Rusland van Custine gelezen.
En de Algonquin Table?, vroeg mijn vriend.
Je bedoelt Woolcott, Thurber, Benchley, Perelman? Ik heb wel stukjes van Thurber gelezen en The treasurer’s report van Benchley. Verder heb ik niets van ze gelezen.
Dan moet je Love conquers all van Robert Benchley eens gaan lezen, zei hij.
Ik heb meteen Duncan Kyle weggegooid en bij Project Gutenberg dat boek van Benchley gedownload.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten