maandag 15 juni 2009

Enige vorm van schadevergoeding

Enige vorm van schadevergoeding moet ik misschien betalen. Ik ben in mijn leven bij diverse theatervoorstellingen geweest. Bij een uitvoering van het verschrikkelijk slechte Vrijdag van Hugo Claus (slecht omdat het slecht geschreven is). Dat werd opgevoerd in de Amsterdamse Stadsschouwburg. Ik ging er alleen heen, zat in een bovenzaaltje als het ware, en ik verveelde me al na een minuut, zoals je je ook verveelt na een minuut bij een stuk van Gerard-Jan Reinders.
Sommige mensen willen nu eenmaal teveel zeggen, en dat gaat je tegenstaan. Vanaf het begin al.
Wat ik bij Vrijdag deed, valt eigenlijk niet goed te praten. Ik maakte de rode zitting en rugleuning kapot door er stukjes uit te branden met mijn aansteker.
Dit gedrag heb ik ook daarna volgehouden. Ik schaam me daarvoor, maar het is niet anders geweest. Bijvoorbeeld theater De Vest te Alkmaar heeft zeer te lijden gehad van mijn aanwezigheid. Ik herinner me een stuk van Tsjechov, dat opgevoerd werd met steigerpalen en juten zakken. Verschrikkelijke opvoering. De stoelen van vóór en van na de pauze hebben het nètaan overleefd.
Waar komt dit gedrag vandaan, zult u mij vragen. Het moet wel te maken hebben met mijn katholieke opvoeding. De katholieke mis was ook zo’n afschuwelijk gebeuren. Een mis met drie heren (voor de niet-katholieke lezers: dat is een mis met een priester en twee bijpriesters. En misdienaars natuurlijk. En met een orgel) was eens aanleiding de kerkbank waarin ik zat in brand te steken (met lucifers).
Nog steeds vind ik dat een goede actie.

3 opmerkingen: