Ik had als kind geen grote wensen en ook geen grote ambities. Ik wilde niet piloot of treinmachinist worden, ik wilde wel rondrijden op een flattenator, zoals er hierboven een op de foto staat. Dat leek me nuttig en ook aangenaam werk.
Het aangename ervan is dat je, langzaam voortrijdend, alle mensen kon groeten. Het nuttige leek mij dat de mensen zeker wisten, als je langs was geweest, dat de weg het hield. Het leek mij heel praktisch als elke gemeente een paar van die flattenators had rondrijden.
Later, toen ik tien of twaalf jaar oud was, zag ik eens een stuk weg geasfalteerd worden. Daar kwam zo’n flattenator aan te pas, die bovendien zwart van kleur was, en toen was mijn liefde wel voorbij.
Op die leeftijd ongeveer begon mijn carrière als uitvinder.
Ik zag mijn vader typen op een tikmachine en ook ikzelf ging op die machine aan de gang. Ik merkte dat er problemen waren met het tiklint, dus ik begon te peinzen hoe die problemen verholpen konden worden.
‘Het eeuwige tiklint bestaat uit twee linten’, tikte ik. Twee linten plus een bakje met inkt. Ten eerste moest het tiklint van stevig materiaal gemaakt worden, dus, leek mij, van metaal. Noem eens een stevig metaal dat niet roest, vroeg ik mijn vader. Zink, antwoordde hij. Zink moest het dus worden. Dun zink. Daarvan twee linten maken. Het ene lint doe je in de machine, het andere lint leg je in het bakje inkt, zodat dat lint geïmpregneerd kan worden door die inkt. Als je machinelint op is, vervang je het door het andere lint en doe je het eerste lint op zijn beurt in het bakje inkt.
Maar ik zag al gauw in dat dit toch niet de goede oplossing was: je had een mini-flattenator nodig om een zinken lint uit te deuken, en dat wordt teveel industrie. Toen begon ik aan een systeem van het onmetelijke tiklint. Links en rechts van je tikmachine had je twee enorm grote wielen, waar het tiklint vanaf liep en weer naartoe ging, het spijt me dat ik dit idee niet goed heb uitgewerkt en nu alle ins and outs niet meer weet.
Weer wat later kwam ik op het idee te gaan tikken zonder tiklint. Zonder enige vorm van inkt ook. Hoe gaat dat in zijn werk? Zo. De hamertjes waarop je letters staan, moeten van stainless steel gemaakt worden (ik had die woorden op de messen van mijn moeder zien staan, en dat leek me wel wat), en die lettertjes moeten ook razendscherp zijn. Als je een letter aanslaat, hak je die letter uit het papier. Je moet dus ook een metalen rol hebben op je tikmachine.
Wat doet de lezer met je getikte brief? Die houdt het papier eenvoudig voor een donker stuk karton. Hij kan hem zo gaan lezen.
Ik weet nog dat er allerlei bijkomende problemen waren, zoals de letters o, p of b. Hoe ik die problemen heb opgelost, weet ik niet meer.
Kansrekening
-
Een van de leukste kansrekeningsproblemen die ik ooit heb gezien is dit.
De winnaar van een quiz (denk Berend Boudewijn, Willem Ruys, Mies Bouwman,
missch...
12 jaar geleden
Geen opmerkingen:
Een reactie posten