zaterdag 22 november 2008

U-bochtje

- Dag, Bertus.
- Dag, Grard. Denk jij ook zoveel terug aan vroeger?
- Mooie tijd was het.
- Toen waren we nog jong.
- Toen punnikten de meisjes nog, ja.
- En moeder stopte je kousen ’s avonds.
- En die kousen lagen ’s ochtends weer vrolijk naast je bedje.
- Lagen? Die kousen konden rechtop staan. Van de stank.
- Mooie tijd. En wat moesten wij doen?
- Wij moesten naar school.
- In de kou.
- Godverdikkeme, wat kon het toen koud zijn!
- Ik zou best weer eens zo’n wintertje willen hebben.
- Wij zijn natuurlijk gehard. Gezicht onder het ijs.
- Kwamen we op school.
- Meester Bavink.
- Met zijn bolle kop. Zijn korte pootjes. Zegt hij: ‘Jongelui!’
- Dat zei hij elke ochtend, ja. En dan begon de les.
- Wij hebben de beginselen geleerd.
- Van meester Bavink.
- Dan wees hij met zijn stok op een wereldkaart en dan noemde hij een plaats.
- Karaganda!
- Ja, of het Fiji Eiland, Stille Zuidzee.
- Bloemfontein, wat daar allemaal verbouwd werd.
- Hoe de mensen leefden op de pampa’s.
- Allemaal dingen die wij weten.
- Dingen die de tegenwoordige jeugd niet meer weet.
- Hou op over de tegenwoordige jeugd. Geen mentaliteit.
- Ze zijn ook niet gehard meer.
- Veel te zacht, die winters.

3 opmerkingen:

  1. Ja, die (goede?) oude tijd. De ijsbloemen stonden op de ramen, moeder zat bij de kachel met een maasbal de sokken te stoppen en wij gingen naar school in de kou. Daar leerden we taal, rekenen, aardrijkskunde en geschiedenis en in de pauze kregen we schoolmelk die was opgewarmd bij de kachel.
    Het was inderdaad een mooie tijd.
    't Moest maar weer eens gaan vriezen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dat is vreemd. Lange tijd dacht ik dat mijn generatie (ik ben 43) uit doetjes bestond vergeleken met de jouwe. Maar nu denk ik: op een paar details na had dit over mijn jeugd kunnen gaan. Wij hadden wel de RUIMTEVAART als bonus. Maanlanding. Apollo 13. Tenminste: oudere jongetjes legden dat uit.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Wij (ik ben maar 12 jaar ouder dan jou, Wouter) verschillen niet zoveel. Goed, ik heb de verschrikkelijke winter van 1963 meegemaakt. Verschrikkelijk. Je bent tien jaar oud, en je maakt zulke klimatologische toestanden mee. Dat wens je niemand toe. Want je dacht echt: waar zitten de zeeberen vandaag? Het land was in rep en roer, kortom.
    Maar Grard en Bertus zijn, dacht ik, nog iets ouder. Die hebben de winters van 1944 en 1947 nog meegemaakt. Dat zijn dus de écht ervarenen, die dat even via een U-bochtje aan u hebben duidelijk gemaakt.

    BeantwoordenVerwijderen