maandag 6 april 2009

De sterkste renner

De sterkste renner heeft de breedste schouders, zeggen wij in het wielrennen. Dat zal wel net zo zijn in het voetballen of in het volleybal, wat mijn broer doet. Ja, wij zijn als familie altijd gezegend geweest met sportiviteit. Ik heb nog een zus. Die waterpoloot.
Maar ik was al jong een snelheidsmaniak, ze noemden me Haastige Henkie, en toen ging ik wielrennen bij de liefhebbers en daar won ik alles. Toen ben ik beroeps geworden, bij Stabilitas. Toen won ik een tijd lang niets meer. Ik kwam niet meer vooruit, hè. Met die Italianen. Die wonnen alles, toen nog.
Toen we in de Giro reden, zaten we in hetzelfde hotel als een Italiaanse groep coureurs. Paniani, Montazani, Cassitani, noem ze maar op. Heel succesvol. En wij konden geen potten breken, daar. En toen merkte ik dat er ’s nachts geen Italiaan sliep! Terwijl Joop vroeger altijd zei: de koers win je slapend. Dus ik op een nacht naar die Italianen toe. Bleken ze door de gang heen en weer te rennen, op hun bedden te springen en zo. Warum tun jullie das? vraag ik, want ik ken geen Italiaans. Met veel moeite en gebaren zeiden ze: ons bloed is te dik geworden. Wovon dann? Van de EPO, zeiden ze.
Dus nu wist ik het, ik begon één en één is twee op te tellen. De volgende dag won Cassitani de etappe, weer met groot machtsvertoon. Schitterende overwinning.
Dus ik ga naar mijn soigneur toe en ik zeg: Zeg. Ik stop met de steroiden en de efedrine en al die andere ouderwetse middeltjes. Geef mij voortaan EPO. Waddisdat? vraagt hij. Ik zeg: daar krijg je mooi dik bloed van en daar ga je harder van rijden.
Nou weet je ook meteen het geheim van het Italiaanse wielrennen. Als een koers een uur of vijf duurt, doen ze de eerste vier uur niets. Het peloton slaapt, als het ware. Nou, als het ware... het sláápt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten